Langzaam maar zeker ontdekte ik dat de wereld groter was en mijn blik beperkt.

Een maandagmorgen, ergens in september. De propvolle trein was net tot stilstand gekomen op station Leiden Centraal en ik wurmde me een weg naar buiten. Overal waren levende wezens. We stonden op spoor 1 en daardoor kon ik ook de mensen in de stad zien lopen. Van zakenman tot dakloze, van alternatieve student tot orthodox meisje.

Mijn wereld werd sowieso steeds breder. Niet alleen doordat ik ging studeren – een hele overgang vanuit mijn veilige bubbel -, maar ook doordat ik tijdens mijn studie Taalwetenschap in aanraking kwam met een breed spectrum aan talen, culturen en wereldvisies. Van kleine grammaticale details tot leven met ‘bezielde bomen’ die verankerd zijn in de taal.

Al die kennis had me aan het denken gezet. En deze maandagmorgen kwam het besef met een klap binnen. Al deze mensen, die ik op het perron en in de stad zag lopen, hadden ook hun manier van leven, van denken. Zij hadden allemaal hun eigen kennis en ervaring waarmee ze in het leven stonden en de wereld bezagen. En voor iemand die komt uit een omgeving met een zwart-witte bril van goed en fout, was dat behoorlijk wennen.

Al in de derde klas van de middelbare school wist ik dat ik taalwetenschap wilde gaan studeren, een studie waar niemand in mijn omgeving ooit van had gehoord. Taal is dan ook – cliché – mijn hele leven al ‘echt mijn ding’. Ook ik verslond honderden boeken, schreef verhaaltjes in dikke schriften en werkte aan de schoolkrant.

Tijdens mijn studietijd hield ik me niet alleen bezig met de culturele kant van taal en alles wat dat met me deed. Ik specialiseerde me in grammatica’s, taallogica en taalstructuren, behoorlijk bèta voor een talenstudie.

Daarnaast pakte ik steeds meer schrijf- en correctiewerk op. Ik volgde de minor Journalistiek en Nieuwe Media, deed drie jaar (eind)redactiewerk bij een studentenvereniging en ik schreef columns en artikelen voor een reformatorisch gezinsblad. Na mijn studie werkte ik ruim vier jaar bij deze uitgeverij als (eind)redacteur.

‘Je opmerkingen en correcties zijn scherp en helder.’ – Bureauredacteur bij Unieboek | Het Spectrum 

De afgelopen jaren groeiden mijn redactievaardigheden. Via manuscripten en artikelen kreeg ik honderden professionele en persoonlijke verhalen onder ogen, van gedreven ondernemers met een heldere missie tot chronisch zieke mensen die hun leven zo goed mogelijk invullen. Ook volgde ik aanvullende opleiding, zoals cursussen corrigeren en persklaarmaken bij Mirjam Hoekstra en een cursus eindredactie aan Hogeschool Utrecht.

Ik merkte dat ik steeds liever aan boeken werkte. De keuze voor non-fictie voelde daarbij logisch. Want hoewel ik graag romans lees, ben ik juist ook benieuwd naar de kennis, ervaring en visie van echte mensen. Hoe zien zij de wereld? Wat kan ik, wat kunnen anderen van hen leren?

Iedereen heeft iets te vertellen. Iedereen heeft zijn unieke combinatie van kennis en (levens)ervaring. En met die van mij help ik je graag om die van jou om te zetten in een gestructureerd, helder en aansprekend non-fictieboek. Of dat nu een businessboek is, een populairwetenschappelijk werk of een culinair kunststukje.